Restricties:
Bij deze test worden IgG antistoffen t.o.v. herpes simplex type 1 en type 2 opgespoord. Deze twee types kunnen echter niet van elkaar worden onderscheiden aan de hand van deze test.
Bij vermoeden van een recente infectie is een tweede staalafname na minstens drie weken aangewezen om een IgG-seroconversie (van IgG-negatief naar IgG-positief) of een significante IgG-titerstijging (x 3-4) aan te kunnen tonen.